Aanbesteden: Wat – Hoe? | Keuzevrijheid bij prijsbepaling
Bij het uitbrengen van een prijs moeten inschrijvers zich houden aan de voorschriften van de aanbesteder. Dit betekent dat zij alle onderdelen die binnen de scope vallen, daadwerkelijk in hun prijs moeten meenemen. Als inschrijvers een onderdeel van de scope naar eigen inzicht mogen invullen, kan de prijs voor dat onderdeel op verschillende manieren worden bepaald. Een recent vonnis laat zien hoe keuzevrijheid over de scope leidde tot discussie over de geldigheid van een inschrijving.
Voor het opstellen van een huisvestingsplan moest de staat van gebouwen in kaart worden gebracht. Tijdens de aanbesteding bleek dat er van een aantal gebouwen geen informatie beschikbaar was. Daarom gaf de aanbesteder, na vragen van inschrijvers via de nota van inlichtingen, toestemming om deze informatie op een door de inschrijver zelf gekozen manier te verzamelen. Dat kon door middel van een schouw, maar ook door middel van desk research.
Het prijsverschil tussen de winnaar en de nummer twee was zo groot dat de nummer twee vermoedde dat de winnaar geen schouw had opgenomen in de prijs. Zij vorderde daarom dat de inschrijving van de winnaar ongeldig werd verklaard.
De voorzieningenrechter oordeelt dat er inderdaad geen schouw is opgenomen in de prijs van de winnaar. Maar dat hoefde ook niet. De aanbesteder eiste immers niet dat er een schouw moest worden gehouden. Het verzamelen van gegevens over de staat van de gebouwen mocht de inschrijver op een manier naar keuze doen. Omdat vaststaat dat de winnaar dat door middel van desk research heeft gedaan, en dat een manier is die toegestaan was, is de inschrijving geldig.
Keuzevrijheid geeft inschrijvers ruimte om de opdracht uit te voeren op een manier naar inzicht. Dat kan (grote) prijsverschillen teweegbrengen. Dat is niet erg, als maar duidelijk is waardoor die ontstaan. Daarnaast is het wel zaak te voorkomen dat die keuzevrijheid leidt tot onduidelijkheid over de scope of onvergelijkbare inschrijvingen.
Blogreeks 'Aanbesteden: Wat - Hoe?'
Deze blog is onderdeel van de blogreeks ‘Aanbesteden: Wat – Hoe?’, waarin Joris Bax, advocaat bij Brackmann, zijn inzichten en reflecties deelt over actuele thema’s binnen het aanbestedings- en bouwrecht.
Aanbesteden: Wat – Hoe? | Inschrijvers moeten beschikken over gelijke informatie
Het gelijkheidsbeginsel is een fundamenteel uitgangspunt in het aanbestedingsrecht. Het verbiedt discriminatie op grond van nationaliteit en vereist dat alle deelnemers aan een aanbestedingsprocedure gelijk worden behandeld. Dit houdt onder meer in dat alle inschrijvers over dezelfde informatie moeten beschikken.