Aanbesteden: Wat – Hoe? | Wanneer mag je opdrachten splitsen en wanneer niet?

In de kern betekent dit verbod dat een opdracht die een technisch en/of economisch geheel is, niet gesplitst mag worden in verschillende delen om te bewerkstelligen dat de verschillende opdrachten waarden hebben die onder de Europese drempelwaarde liggen.

Het splitsingsverbod hangt nauw samen met de vraag of er sprake is van een integrale opdracht of niet. Toetsing gebeurt aan de hand van de vraag:

→ Of de verschillende delen technisch en/of economisch als hetzelfde geheel moeten worden beschouwd.

Als het antwoord op die vraag ja is, moet de opdracht in beginsel als geheel worden aanbesteed en geldt voor de raming de opdrachtwaarde van het geheel.

Voorbeeld uit de rechtspraak

Een voorbeeld uit de Nederlandse rechtspraak over het splitsingsverbod is de aanbesteding van een theater. 

De gemeente splitste de renovatie en ombouw van een bestaand pand in een theater in verschillende opdrachten. Die opdrachten hadden een waarde onder de drempelwaarde, maar de gezamenlijke waarde lag erboven. Denk aan een opdracht voor renovatie, een opdracht voor lichtinstallaties en een opdracht voor stoffering.

Dit was volgens de rechtbank echter een kunstmatige en dus onrechtmatige splitsing. Het pand kan immers pas als theater functioneren na uitvoering van al die opdrachten. De opdrachten waren dus een technisch en economisch geheel.

Zaak is dus steeds te beoordelen of opdrachten bij elkaar horen of niet. In dat laatste geval kan worden beargumenteerd dat er verschillende opdrachten mogen worden gegund, mogelijk met onderdrempelige waarden.

De volgende keer de 'tegenhanger': het clusterverbod. Dat is over drie weken, na mijn vakantie.

Deze blog is onderdeel van de blogreeks ‘Aanbesteden: Wat – Hoe?’, waarin Joris Bax, advocaat bij Brackmann, zijn inzichten en reflecties deelt over actuele thema’s binnen het aanbestedings- en bouwrecht.