Recente uitspraak | Wat leert het arrest over de gemeente Utrecht ons over contracttermijnen en wijzigingen?
Mag een opdrachtgever de overeenkomst ontbinden als een contractuele termijn niet op tijd wordt gehaald en verlenging een wezenlijke wijziging zou betekenen? Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelt van wel.
Het arrest gaat om een concessieopdracht voor de plaatsing en exploitatie van snelladers voor de gemeente Utrecht. De concessiehouder voldeed niet aan de eis om de snelladers op uiterlijk 1 april 2023 te plaatsen. Volgens het hof was de gemeente echter niet verplicht om de plaatsingstermijn te verlengen. Evenmin hoefde de gemeente mee te werken aan een wijziging van de afmetingen van de te plaatsen laders. Volgens het hof is dat een verboden wijziging van de opdracht.
Tegenstrijdige rechtspraak: vonnis rechtbank Den Haag
Dit arrest is interessant in het licht van een recent vonnis van de rechtbank Den Haag. Daar oordeelde de voorzieningenrechter namelijk dat de aanbesteder de overeenkomst wél mocht wijzigen om nakoming alsnog mogelijk te maken.
Handhaving contractuele eisen
Beschouwd in samenhang met andere uitspraken, lijkt er willekeur te zijn in hoe contractuele eisen worden gehandhaafd. Dit terwijl:
- Het niet-handhaven van eisen volgens het aanbestedingsrecht een wijziging van de opdracht betekent, waar de artikelen 2.163a e.v. Aw op van toepassing zijn.
- De rechtspraak het handelen van de aanbesteder vaak als een discretionaire bevoegdheid ziet. Met andere woorden: de rechtspraak lijkt te oordelen dat het al dan niet nemen van contractuele maatregelen aan de aanbestededer is. Ook als dat neerkomt op een verboden wijziging.
- Aanbestedingsrechtelijk bezien zou er juist gehandhaafd moeten worden op de eisen. Deze eisen zijn niet voor niets opgesteld. Strikte handhaving beschermt namelijk niet alleen de opdrachtgever, maar ook die van inschrijvers aan wie de opdracht niet werd gegund. Het gelijkheidsbeginsel geldt immers ook ná het sluiten van de overeenkomst.
Leg wijzigingen duidelijk vast
Het arrest onderstreept voor beide contractpartijen het belang van een duidelijke vastlegging van afspraken over wijzigingen. Volgens het hof is het niet genoeg dat partijen een wijziging bespraken. Daaruit blijkt immers nog geen overeenstemming over de wijziging.
Voor aanbesteders is het arrest verder een aanwijzing om tijdig en gemotiveerd te reageren op wijzigingsverzoeken van de opdrachtnemer. In deze zaak reageerde de gemeente vier dagen voor het einde van de termijn. Dat was volgens het hof niet onrechtmatig, maar verdient geen schoonheidsprijs. Mijns inziens een juist oordeel, maar een dat voor alle contractpartijen geldt.
Blogreeks 'Aanbesteden: Wat - Hoe?'
Deze blog is onderdeel van de blogreeks ‘Aanbesteden: Wat – Hoe?’, waarin Joris Bax, advocaat bij Brackmann, zijn inzichten en reflecties deelt over actuele thema’s binnen het aanbestedings- en bouwrecht.

Aanbesteden: Wat – Hoe? | Indiening van het UEA
Van wie moet een Uniform Europees Aanbestedingsdocument (UEA) worden ingediend? In ieder geval van de inschrijver zelf. Dat lijkt vanzelfsprekend: de aanbesteder moet immers kunnen toetsen of de inschrijver voldoet aan de uitsluitingsgronden en geschiktheidseisen. Daarnaast bevat het UEA belangrijke informatie over de partij die, als de opdracht wordt gegund, de opdrachtnemer zal zijn.